Rouw in soorten en maten
Zijn er regels over rouw? Over hoe je moet rouwen, wanneer, hoelang en met wie? Expliciet hebben we die niet, zeker niet nu steeds minder mensen zich verbonden voelen met een geloofsgemeenschap van waaruit er ooit duidelijke regels waren over hoe te rouwen. Als er geen regels zijn, zijn er dan kaders? Ook op dat vlak is er weinig houvast. Onder wetenschappers is er discussie over of rouw pathologisch kan zijn en wanneer dat dan zo is en dus in het handboek van de psychiatrie (de DMS) een plek zou moeten hebben.
Afgelopen vrijdag was ik bij een bijeenkomst van mijn beroepsvereniging, de NVPA, waar Manu Kierse ons een dag heeft meegenomen in zijn verhalen en overwegingen omtrent rouw. Een man met een enorme ervaring, een duidelijke visie, een mild mensbeeld en een talent voor het vertellen van verhalen. Luisterend naar zijn ervaringen, over allerlei mensen in rouw, wordt duidelijk dat er niet een kader kan zijn voor rouw, dat er geen tijd voor kan staan. Daar zijn de mensen, de situaties, de verliezen en de levens te divers voor. Herhaaldelijk noemt hij dan ook dat rouw niet te meten is, er is geen erger en minder erg. Het verdriet is zo erg als het voor diegene is. En daar sluit je als mens bij aan.
Hij noemde niet langer te spreken van verlies verwerken, maar van verlies overleven. Door te erkennen, te ervaren, een nieuwe relatie met de overledene/ hetgeen verloren is vorm te geven en tot een nieuwe identiteit voor jezelf te komen, kun je verlies overleven. Je kunt zin vinden in dat wat gebeurd is en je leven stabiliseren. Dat is overleven, voortleven na verlies, als mens groeien in en van het leven. Wat een inspirerende dag!